De Twee herdgangen Notel en Straten Veel van de geschiedenis van het gebied van de Notel en Straten is wel ergens bekend. In verschillende tijdschriften en boeken word die geschiedenis in verschillende contexten verteld. Met deze website willen we die geschiedenis verzameld over verschilelnde ondereren in beeld brengen. In het boekwerk "Over Hel, Hemelrijk & Vagevuur" uitgegeven door de Heemkundekring van Oirschot lezen we het vanalles over de toponiemen van de twee herdgangen Notel en Straten. Op de site van Erfgoedgeowiki.nl is veel informatie te vinden over de historie van dit gebied. Op de rechterzijde van de kaart onder het paarse vlakje staat de legenda met de betekenis van de verschillende elementen op de kaart, zoals de archeologische waarden van het gebied, de historische en romeinse wegenpatronen, oude gebouwen etc. Notel Tot in de 19e eeuw is Notel een gehucht van boerderijen die in een dalvormige laagte tussen twee grote open akkergebieden geconcentreerd liggen (kransakkers): de akker van Kerkhoven en die van Notel zelf. Het is een van de oude gehuchten en hertgangen van Oirschot. Notel was gerechtigd in de gemeynte van Nevelheuvel en in de gemeynte oost van de Heerstraat. Het zou dr. K. Leenders niet verbazen als onder de open akker van Notel, die nog goed bewaard bleef met de naam 'Heezen', vroegmiddeleeuwse nederzettingen verborgen liggen. Het negentiende eeuwse Notel zou pas in de 13e eeuw op die plek beland zijn. De oude vorm van de naam is Notele, die een samenstelling lijkt van -le of -lo met een element 'note', dat wel naar notenbomen zal verwijzen. De naam Notele herinnert dan aan een bos met notenbomen. |
Straten Straten is een oud gehucht langs de zuid-noord verlopende Heerbaan in het oosten van Oirschot, vanaf de Stratense hei in het Zuiden in een langgerekte vorm naar het Noorden tot aan de Oude Grintweg. Het gebruikte de gemeynten ten westen en ten oosten van die Heerbaan. We kunnen er niet een open akker bij aanwijzen en de bewoning lijkt wat verspreid te staan langs de talrijke banen waarin de heerbaan hier in zuidelijke richting uiteenwaaiert. De oude banen tekenen zich nog af als lage zones tussen de velden. In Straten lag een hertogelijk leen dat bestond uit een hoeve met 15 hectare grond, een tiendrecht en een leen- en cijnshofje met 2 leenmannen en 23 cijnsbetalers. Dit leen is niet nader gelokaliseerd, maar een vroegere moated site direct ten noorden van de laatmiddeleeuwse Sint-Antoniuskapel zou er voor in aanmerking kunnen komen. Er is één naamsvermelding die 'Strathem' luidt (1437) te midden van een zee van vermeldingen die 'Straten' luiden. Dr. K. Leenders gaat uit van de meest frequente spelling, te meer omdat de Latijnse vorm blijkbaar 'via' luidt. De gehuchtnaam verwijst dan eenvoudig naar 's heren strate, een weg die 12 meter breed moest zijn, waarlangs het gelegen is. Volgens Knippenberg en Mennen zou die baan een oude Romeinse heerbaan zijn, waarvoor het nabij gelegen toponiem Kasteren en de recent daar gevonden nederzetting uit de Romeinse tijd wel een ondersteuning kunnen zijn. Afgaande op de volkstellingen van 1849 en 1859 telt het gehucht toen circa 100 huishoudens en iets minder woningen. De beroepsbevolking bestaat overwegend uit boeren en hun knechten. Er woonden ook nog 9 wevers in Straten wat geen verrassing is omdat er immers een hele hoek naar hen genoemd is: de Wevershoek. Wat door heemkundigen wel opmerkelijk wordt genoemd is dat er 19 personen zijn die als hun kostwinning klompenmaker of klompenmakerleerling opgeven. Natuurlijk zullen die klompenmakers vooral in de winter klompen gemaakt hebben en waren ze in het voorjaar en zomer waarschijnlijk boer op hun kleine boerengedoentjes, maar klompen maken schijnt evenwel hun hoofdverdienste te zijn geweest. Verder staan er 4 personen als schaapsherder te boek en heeft Straten een wagenmaker, een timmerman, een strodekker, een smid, natuurlijk een molenaar (op de hei) en een veearts. Veearts is dan wel een groot woord voor een beetje handigheid en dierenkennis. |